dinsdag 24 augustus 2010

Post

Elke ochtend wacht ik op je. Nog steeds.
Vandaag moest ik naar buiten, gaan kijken of N. met de auto was of niet.
Je kwam toe. Ik hield je tegen en vroeg of je haar auto herkende. Je wist het niet.
Je liep door.
Ik deed de post.
Tegen half 9 kwam je eens kijken. Ik stond aan de bakjes en jij moest langs mij passeren.
Ik blijf opzettelijk staan, zodat je dicht tegen mij moest staan.
Je nam je post en legde die op tafel.
Je bekeek ook de post die reeds op tafel lag en scheurde de enveloppen één voor één open.
We keken elkaar aan en lachtten.
Oh, wat hou ik van je lach.
R. kwam binnen en begon tegen me te praten. Iets over een mail die ze had gestuurd. Ik kwam net terug uit verlof, had de mail al wel gezien, maar niet gelezen.
Ze vroeg iets en ik antwoordde dat ik daar een overzicht van had.
En toen antwoordde jij dat ik zo'n goeike was.
R. antwoordde dat ze het wel wist, dat ik altijd in orde was.
Ik zei dat jij ook zo'n lieveke was en wreef over je arm.
R. reageerde door te zeggen dat je vertrok.
Damned, ik wil niet dat je vertrekt!
Je zei dat elke dag hier, er ene te veel is.
Je vertelde nog dat je een microgolf oven had gekocht. Een Whirlpool. Eentje met grill en oven...alles in één.
Je had er 160 euro voor gegeven, terwijl hij 240 euro kostte!
Toen ging je door.


Nog enkele weken... dan ga je door... en kom je niet meer terug.

woensdag 18 augustus 2010

Kopiër

Vandaag weer even een leuke dag.
Vanmiddag moest ik scannen. Mijn naam staat nog in de kopiër van de SD.
Dus ik die kant op, maar kon mijn naam nergens vinden. Ik stond dus een beetje te klooien.
Jij kwam er aan. Ik schrok toen je me aansprak. Je grapte dat je dringend een kopie moest maken. Je keek me aan met je ontdeugende ogen en lachte zachtjes.
Je zag dat ik aan het sukkelen was en wou me wel helpen. Je zocht mee mijn naam. Maar je vond hem ook niet. Je klikte SSC haar naam aan, maar merkte dat het verkeerd was. Oei, dat is S. en je lachte zachtjes hardop. We stonden dicht tegen elkaar. Je raakte mijn hand nog aan toen ik de toetsen van de kopiër indrukte.
L. passeerde, ik begon tegen haar te spreken. Ik stond nog steeds dicht bij je, te dicht eigenlijk. Ik voelde de vlinders doorheen mijn lijf jagen. Ik wou je zo graag zeggen wat ik voelde. Maar kon het weer niet. Ik wou je strelen over je arm, maar deed het niet.
We bekeken verder de kopiër en vroeg mijn achternaam. Ik keek je verbaasd aan en zei mijn achternaam. Je keek ontdeugend en zei dat je hem wel wist.
Uiteindelijk vond je de manier om mijn naam terug standaard in de machine te zetten.
Je ging door. Ik hoorde je in de gang tegen je cliënt spreken.
Ik scande en ging weer naar mijn bureau. Ik passeerde je en raakte je zachtjes aan.
Aan mijn bureau zag ik dat de scan niet was toegekomen.
Ik repte me terug. Je stond nog steeds in de gang. Ik prutste en prutste tot je eindelijk weer passeerde.
Je vroeg nog of het lukte. Ik loog door te zeggen dat het niet ging, maar je ging door.
Uiteindelijk is het wel gelukt.

woensdag 11 augustus 2010

Zwaaien

Vandaag weer een -leuke- dag.
Ik kwam terug van het eten 's middags en liep over het terrein.
Jij stond achteraan het gebouw te roken met KS.
Ik liep voorbij, maar deed stiekem alsof ik je niet zag.
Ik was bijna gepasseerd en je riep luid mijn naam.
Mijn naam klinkt mooi als jij hem roept.
Ik keek om en je zwaaide.
En ik... zwaaide terug.